Skip to main content

Tag: invalshoek

Organiseer het schrijven van je boek als een project

Wil je zeker weten dat je boek ooit afkomt? Organiseer het schrijven en publiceren van je boek dan als een project. Want dat is het. 

Je kunt het schrijven van een boek natuurlijk aanpakken als een zomerse wandeling over het strand. Je slentert wat langs de waterlijn, je gooit eens een stok weg voor de hond en je ziet wel waar je die dag uitkomt. Later ga je misschien een glas witte wijn drinken in een strandtent. Geen haast, het is mooi weer. 

Je kunt het schrijven van een boek ook aanpakken als een project. Je bedenkt wat er allemaal moet gebeuren en je maakt een planning met strakke deadlines. Je bedenkt wie wat moet doen (jij, jij en jij) en op dag een ga je achter je bureau zitten om te beginnen met hoofdstuk een. Je hebt haast, want je boek moet af.

Persoonlijk heb ik een voorkeur voor de projectmatige aanpak en ik ben niet de enige. Veruit de meeste auteurs van een non-fictieboek die erin slaagden hun manuscript af te ronden, hadden het schrijven van hun boek georganiseerd als een project. De een wat strakker dan de ander maar niettemin allemaal met een verdeling van rollen, taken en werkzaamheden. 

Zeker als er meerdere mensen bij de publicatie van je boek betrokken zijn, is een plan broodnodig. Werk je misschien samen met een co-auteur? Geef je je boek zelf uit en moet je samenwerken met een redacteur, corrector, vormgever en andere professionals? Dan moet je alles dichttimmeren om gedoe te voorkomen. 

Gelukkig kun je tegenwoordig gebruikmaken van online tools waarmee je zo’n plan in een handomdraai in elkaar zet. Mijn favoriet: de Gantt-chart.

Henry

De Gantt-chart is een uitvinding van Henry Gantt, een Amerikaanse ingenieur en managementconsultant. Voor de liefhebbers: als collega van Frederick Taylor was hij mede verantwoordelijk voor de ontwikkeling vanscientific management, de methode waarbij werk systematisch wordt geanalyseerd en geoptimaliseerd om de productiviteit te verhogen. Daarvoor ontwikkelde hij later in zijn carrière de Gantt-chart.

Gantt realiseerde zich dat managers behoefte hadden aan een visueel hulpmiddel om tijdsplanningen beter te begrijpen en te communiceren. Hij bedacht daarvoor een eenvoudig raster dat taken en tijdslijnen weergeeft. Door horizontale balken te gebruiken, kon je in een oogopslag zien welke taken wanneer moesten worden uitgevoerd en hoe ze zich tot elkaar verhielden. Het was al vlug een groot succes. Het werd zelfs gebruikt voor de aanleg van de Hooverdam in de jaren dertig, tot dat moment het grootste bouwproject van de Verenigde Staten.

Tom

Inmiddels zijn er tientallen online aanbieders van Gantt-software. Er zijn enorme verschillen in gebruikersvriendelijkheid, en ook in prijs. Gelukkig zijn veel Gantt-tools gratis voor een gebruiker en een project. Zelf heb ik veel ervaring met TeamGantt en GanttPro, maar als je een even eenvoudige als briljante tool zoekt, zou ik je aanraden om eens te kijken naar Tom’s Planner, ontwikkeld door de Nederlander Thomas Ummels. Als je kunt spelen met Lego, dan kun je ook een project plannen met Tom’s Planner. 

Wel of geen dankwoord in je boek? 

Moet je alle mensen die hebben meegeholpen aan de publicatie van je non-fictieboek persoonlijk bedanken? Alle mensen die onder je werk hebben geleden? Je hond?

In romans heb ik een hekel aan persoonlijke beslommeringen van de auteur. Voor mij zijn de mensen en de gebeurtenissen in een roman levensecht, tot de auteur plotseling mijn kamer binnenstapt en ongevraagd een heel verhaal afsteekt over de tijdrovende research en hoe schattig zijn hond maandenlang aan zijn voeten lag te slapen tijdens het schrijven van zijn boek. ‘Bedankt Foefie, dat jij al die tijd vertrouwen in mij had.’ Dat wil ik helemaal niet weten. Ik heb twintig euro betaald voor een illusie en ik wil niet dat de illusionist mij uitlegt hoe de truc werkt. Dus schrijf je een roman? Dan zou ik het op prijs stellen als je voorwoorden en nawoorden achterwege laat.

Maar schrijf je een non-fictieboek, dan ligt de situatie anders. In een non-fictieboek schrijf je over de werkelijkheid, en met een persoonlijke toelichting verpest je niets, maar kun je juist bijdragen aan de geloofwaardigheid en de aantrekkelijkheid van je verhaal. Als het goed is, spreekt dat verhaal voor zich, maar een persoonlijk voorwoord waaruit je motivatie blijkt en een inleiding waarin je uitlegt wat ik als lezer kan verwachten, dragen bij aan mijn leesplezier. Maar een dankwoord, ik weet het niet.

Een handvol mensen

Op het eerste gezicht past een dankwoord prima bij een non-fictieboek. Wat je hebt beschreven is niet fictief, maar juist waargebeurd of staat aantoonbaar te gebeuren. Je lezer leeft mee met je verhaal, maar leeft niet in een droomwereld vol avontuur, romantiek of geweld. Dan is het maar een kleine stap van jouw betoog naar een dankwoord waarin je meelezers, vrienden en familie bedankt voor hun medewerking. Ik erger me persoonlijk zelden tot nooit aan een dankwoord. Maar tegelijkertijd lees ik nooit een dankwoord dat me boeit, tenzij mijn naam erin voorkomt. En daarin schuilt het probleem met dankwoorden: ze zijn alleen interessant voor het handvol mensen dat je bedankt. Voor alle andere lezers, hopelijk heel veel, is je dankwoord even aantrekkelijk als de tl-buis in het café na sluitingstijd. 

Geen foto

Ik denk dat mijn twijfels over het dankwoord ook te maken hebben met een vaag vooroordeel dat een auteur het dankwoord gebruikt om goede sier te maken. De auteur richt een standbeeld op voor een ander, maar zijn naam staat op de plaquette als de gulle gever. Door zijn partner in het nawoord te bedanken voor zijn opofferingsgezindheid, laat hij zien hoe hard hij heeft gewerkt. Door meelezers te bedanken, laat hij zien hoeveel aandacht hij aan het boek heeft besteed. Door zijn kinderen te bedanken, laat hij zien hoe sociaal hij is. Of ben ik nu te cynisch?

Het is nu moeilijk voorstelbaar, maar het is nog niet zo lang geleden dat de schrijver slechts een bescheiden rol speelde in een boek, of het nou een roman of een non-fictieboek was. Op de omslag stond slechts zijn naam en hooguit een omschrijving van zijn titel en zijn functie. De foto van de auteur is pas eind vorige eeuw op omslagen verschenen. In het boek zelf was een persoonlijk voor- of nawoord ongebruikelijk. Als er al een voorwoord in een boek stond, was het van iemand anders, meestal een autoriteit die geen complimenten uitdeelde maar hooguit het belang van het onderwerp benadrukte of de stelling van de auteur onderschreef. Een profiel van de auteur, pagina’s lang, was al helemaal ondenkbaar. Meestal bevatte een boek slechts een inleiding, die louter over het onderwerp ging. Inmiddels schuift de auteur als een wethouder Hekking steeds nadrukkelijker naar de voorgrond, wat natuurlijk past in onze samenleving waarin we allemaal de held van ons eigen verhaal spelen en we elk succes vieren alsof we een nieuw continent hebben ontdekt. 

Nou ja, als auteurs me vragen of er een dankwoord hoort in hun boek, zeg ik dus: hoeft niet, mag wel. Misschien een bos bloemen en een dankwoord tijdens de boekpresentatie?

Er is altijd tijd om even te schrijven

Download de bingokaart voor schrijvers en begin deze kerstvakantie met het benutten van elk vrij moment. Voortaan mis je geen enkele ingeving. 

De meeste auteurs schrijven hun boek alsof ze naar Santiago de Compostella lopen. Ze beginnen vroeg en stoppen pas met wandelen als ze aan het einde van de dag helemaal uitgeput zijn. Dat is een uitstekende strategie waarmee je heel ver kunt komen. Maar er is nog een manier om veel werk te verzetten: schrijven op elk moment dat je anders zou verspillen aan nietsdoen, kletsen of sociale media. Doe het bijvoorbeeld tijdens de lunchpauze of wachtend op de tandarts. Schrijven tijdens micromomenten is ontzettend effectief. Tijdens het trekken van zo’n sprint heb je niet veel tijd om te schrijven of na te denken, maar het is voldoende voor een slimme alinea of een goed idee. Je mist geen enkele ingeving en je boek is bovendien sneller klaar. 

Het benutten van micromomenten lukt alleen als je twee dingen voor elkaar hebt. In de eerste plaats moet de structuur van je boek kraakhelder zijn. Als je een kwartier wilt benutten, moet je geen tijd verspillen aan nadenken over het onderwerp waarover je wilt nadenken. Je moet direct aan de slag kunnen gaan met paragraaf 4.2.5. In de tweede plaats moet je altijd je telefoon of een aantekenboekje paraat hebben zodat je een briljant idee ter plekke kunt opschrijven. 

Om je op weg te helpen, heb ik een bingokaart met suggesties voor micromomenten voor je gemaakt. Print hem uit, hang hem op de koelkast en begin deze kerstvakantie met het afvinken van verloren momenten. Je kunt de bingokaart hier downloaden.