Skip to main content

Tag: boek

Leen de Bruyne

Leen de Bruyne (1985) is een Nederlandse ondernemer en investeerder. Na de verkoop van zijn start-up aan een private-equityfonds in 2019 werd hij actief als angel investeerder en mentor van founders. Sinds 2022 richt hij zich op het opzetten van een investeringsfonds voor Europese start-ups en scale-ups, genaamd Living Hope VC.

Zeven tips voor auteurs om meer te vinden op internet 

Bijna elk non-fictieboek begint met zoeken op internet. Dit zijn zeven tips om sneller te vinden wat je (niet) zoekt. 

Nu internet zo veel informatie bevat, is het een kunst om te vinden wat je zoekt. Een zoekmachine als Google beheerst die kunst heel goed, maar als je het slim aanpakt, dan kun je meer vinden dan Google voorstelt. Dit zijn zeven bronnen en strategieën waarmee onze auteurs en ik goede ervaringen hebben. 

1. Gebruik verschillende zoekmachines

Dezelfde zoekopdracht levert verschillende resultaten op via verschillende zoekmachines. Als je bijvoorbeeld zoekt naar de Amerikaanse managementdenker Rosabeth Moss Kanter, dan krijg je via Google en Bing afwijkende resultaten. Zo krijg je bij Bing direct een paar artikelen uit de Harvard Business Review en toont Google een interview van Management Team

2. Zoek in (wetenschappelijke) databases

De eerste resultaten van een zoekopdracht leveren zelden wetenschappelijke artikelen op. Als je echter naar een database als JSTOR.org gaat, dan levert de zoekopdracht ‘rosabeth moss kanter’ 2.650 resultaten op van allerlei tijdschriften als The Academy of Management ExecutiveAmerican Journal of SociologyAmerican Sociological Review en Social ProblemsHier vind je een uitputtende lijst met online databases. 

3. Gebruik boolean operators

Zoekmachines zoals Google bieden handige zoekopties die je kunt gebruiken om je zoekopdrachten te verfijnen. Gebruik bijvoorbeeld het minteken om woorden uit te sluiten, gebruik aanhalingstekens om het vinden teksten met specifieke woordcombinaties af te dwingen of beperk een zoekopdracht door alleen te zoeken op een bepaalde website. Hier vind je tips voor zoeken op google met de zogenaamde Boolean operators. 

4. Gebruik vertaalapps

Mijn Nederlands is goed en mijn Engels is redelijk, maar vanaf het Duits gaat het niveau rap omlaag. Mijn eerste neiging is dan ook om informatie te zoeken in het Nederlands en het Engels. Jammer, want zo mis ik informatie die is geschreven in het Italiaans, het Pools, het Spaans (en alle andere talen in de wereld). Het is mogelijk dat een Zweedse schrijver een briljante analyse heeft geschreven over het gedachtegoed van Rosabeth Moss Kanter. Wil je niets missen, gebruik dan een van de vertaalapps in je browser en kijk verder dan je neus lang is.

5. Zoek kunstmatig intelligent

Een zoekplatform als ChatGPT biedt unieke zoekmogelijkheden waarvan we de mogelijkheden nog steeds ontdekken. Ik was op zoek naar Rosabeth Moss Kanter, maar ik kon mij haar naam niet herinneren. Ik wist alleen dat ze een boek had geschreven met een titel als ‘how to dance like elephants’. Ik schreef de volgende prompt: ‘Wat is de naam van een Amerikaanse vrouwelijke managementdenker die populair was in de jaren negentig en een boek heeft geschreven waarvan de titel lijkt op ‘how to dance with elephants’? Het antwoord was direct raak: Rosabeth Moss Kanter. De titel had ik mis, meldde ChatGPT, maar ik zat er niet ver naast, het was When Giants Learn to Dance

6. Zoeken in de kieren van het internet

Het internet bevat meer informatie dan zoekmachines als Google hebben geïndexeerd. Zo is veel informatie op sociale media en forums moeilijk te vinden, daarvoor moet je naar die platforms gaan, zoals RedditQuoraGitHub of 4chan. Zoek je informatie die inmiddels van internet is verdwenen? Gebruik dan de Wayback Machine. Wil je echt alles weten? Wring het internet dan uit door op zoek te gaan naar informatie op het deep web. Lees hier wat dit ‘dark’ web is en hoe je er informatie kunt vinden. 

7. Zoek een boek

Ik raad elke auteur aan om actief op zoek te gaan naar online informatie waardoor je een beter boek kunt schrijven, maar veel daarvan hoef je niet zelf bij elkaar te sprokkelen. Veel informatie is keurig geordend te vinden in boeken. Door gestructureerd te zoeken via online boekhandels als Bol of Amazon vind je waarschijnlijk veel literatuur waarmee je een vliegende start kunt maken voor de research van je eigen boek. 

Het is de bedoeling dat het moeilijk is om een boek te schrijven

Loop je vast tijdens het schrijven van een boek? Mooi, dan ben je op de goede weg. Zonder lijden geen boek. 

Ons leven wordt steeds makkelijker. Een robot maait het grasveld in je tuin. Een reisbureau regelt een avontuurlijke reis naar IJsland. Een fietskoerier brengt je ’s avonds om half twaalf een bak lactosevrije biologische kwark. Het is moeilijk te weerstaan. Zelf maak ik ook dankbaar gebruik van allerlei gemaksdiensten en -producten. Maar ik denk niet dat wij mensen ervoor gemaakt zijn. Mensen zijn gebouwd om moeilijk te doen. We hebben benen gekregen om te lopen, niet om de hele dag op een bureaustoel te zitten. We hebben hersens gekregen om na te denken, niet om prompts te schrijven voor ChatGPT. Een lui bestaan heeft ontegenzeglijk aantrekkelijke kanten, maar volgens mij mist het de uitdaging die je nodig hebt om je een volwaardig mens te voelen. De Amerikaanse hoogleraar rechten Tim Wu noemt dit de tirannie van het gemak. In een essay in The New York Times betoogde hij dat we ons vergissen als we aannemen dat gemak altijd goed is. Integendeel: ‘Met zijn belofte van vlotte, moeiteloze efficiëntie dreigt gemak de strijd en de uitdagingen weg te vagen die het leven zin geven.’ Ik ben het met hem eens. Moeilijk doen is op diep menselijke manier bevredigend, of je nou een boom omhakt of een cryptogram oplost. Of een boek schrijft. 

De illustere singer-songwriter Nick Cave ging deze winter nog een stap verder in een gepassioneerde brief die hij publiceerde op zijn website. Hij verzette zich tegen songs die door ChatGPT worden geschreven, bijvoorbeeld in-de-stijl-van-nick-cave. Hij vond de teksten waardeloos, en hij snapt ook wel waarom. Kunstmatige teksten missen volgens hem de ziel die door mensen geschreven teksten kenmerken. ‘Songs komen voor uit lijden,’ schrijft Cave, ‘en daarmee bedoel ik dat ze gebaseerd zijn op de menselijke strijd van creatie (…) en voor zover ik weet, voelen algoritmes niet. Gegevens lijden niet. ChatGPT heeft geen innerlijk wezen, het is nergens geweest, het heeft niets doorstaan, het heeft niet het lef gehad om voorbij zijn beperkingen te reiken.’

Als het makkelijk was, dan schreef je lezer het boek zelf wel

Schrijvers vertellen me soms dat het niet meevalt om een boek te schrijven. Informatie verzamelen, een heldere structuur bedenken, zinnen formuleren: ze vinden het een heel gevecht om hun boek tot een goed einde te brengen. Dan leg ik ze uit dat het juist de bedoeling is dat het moeilijk is. Zonder jouw inspanning zou het resultaat minder waarde hebben, sterker nog: zonder jouw inspanning zou het resultaat er niet eens zijn. 

Een lezer kan je boek slechts consumeren, jij hebt het boek gefabriceerd en de waarde daarvan kun je moeilijk overschatten. Ga maar na: wie is er het gezondst, de fietskoerier die de kwark bezorgt, of de consument die de kwark consumeert? In mijn ogen wint de fietskoerier. Het schrijven van een boek is een creatief proces dat de inspanning meer dan waard is. Dankzij die inspanning ben je topfit en tot veel meer in staat dan louter het schrijven van dat ene boek. De volgende dag schrijf je moeiteloos een rapport of een blog, geef je een presentatie of een indrukwekkend advies – allemaal doordat je dankzij het schrijven van een boek tot nieuwe inzichten bent gekomen, scherper hebt leren denken en formuleren.

Het schrijven van een boek is moeilijk. Als het makkelijk was, dan schreef je lezer het boek zelf wel. Maar de lezer heeft geen tijd, geen energie en geen zin en betaalt daarom liever vijfentwintig euro om snel en moeiteloos dezelfde inzichten te verkrijgen. Wees echter niet jaloers op zijn gemak, medelijden is meer op zijn plek: bedenk wat de lezer allemaal heeft gemist. Geniet bovendien van het feit dat je met je publicatie zo veel mensen een plezier kunt doen. Dat geeft een ‘helper’s high’: een positieve emotionele staat, veroorzaakt door de afgifte van endorfines in je hersenen. Het is vergelijkbaar met het gevoel van euforie dat de fietskoerier heeft als hij weer een bak kwark heeft bezorgd. Een gevoel van geluk, tevredenheid en verbondenheid met anderen. Allemaal dankzij het schrijven van een boek. 

Zo krijg je meer recensies over je boek

Wacht niet tot mensen spontaan over je boek gaan schrijven, maar stimuleer ze actief om een recensie te schrijven. Zeven tips voor meer recensies.

Waarom koopt iemand jouw boek? Volgens mij zijn er maar drie redenen die ertoe doen. De eerste reden is dat hij jouw tante is. Jouw tante was niet uitgenodigd voor de boekpresentatie, maar ze kan zich nog levendig herinneren wat een schattig kind je was. En zo pienter ook. Nu heb je zelfs een boek geschreven, ze heeft het eigenlijk altijd geweten. Ze bestelt meteen drie exemplaren. De tweede reden is dat de koper een recensie over jouw boek heeft gelezen. De derde reden is dat de koper een cadeau nodig heeft voor de verjaardag van zijn buurvrouw. Jouw boek heeft wel een leuke cover en kost net geen vijfentwintig euro, dus doet u mij die dan maar. 

Dit klinkt onwetenschappelijk, maar uit alle onderzoeken blijkt dat dit de drie belangrijkste aanleidingen zijn voor mensen om een boek te kopen: de koper is geïnteresseerd omdat hij de auteur kent, omdat hij een positieve recensie heeft gelezen of het is een impulsaankoop. De aanleiding waarop je als auteur de meeste invloed kunt uitoefenen is natuurlijk de recensie. 

Jarenlang was de werkwijze om recensies te krijgen eenvoudig. De uitgeverij stuurde persberichten en exemplaren van je boek naar de redacties van kranten en tijdschriften en vroeg of laat verschenen er altijd wel enkele besprekingen. Die tijd is voorbij. Zowel het aantal titels als het aantal (digitale) media is geëxplodeerd. Er zijn nog altijd duizenden kranten en tijdschriften, maar ook tienduizenden online platforms, bloggers, vloggers, podcasts, booktokkers, influencers, streamers, online forums en nieuwsbrieven. En al die media moeten niet alleen schrijven over boeken en het dagelijks nieuws, maar ook over zichzelf. Zie er maar eens tussen te komen. Zeven tips om dit toch voor elkaar te krijgen. 

Als mensen je boek niet kennen, dan kunnen ze er ook niet over schrijven

Ik sprak een auteur die een boek had geschreven over Elon Musk. Toen hij tijdens een straatinterview willekeurig mensen aansprak, bleken de meesten nooit van Musk te hebben gehoord, laat staan dat ze het boek kenden. Met andere woorden: ga er nooit vanuit dat mensen weten wie je bent en waar je boek over gaat. Ga er juist vanuit dat niemand jou kent en dat niemand jouw boek kent. Stuur (informatie over) je boek naar iedereen waarvan je wilt dat ze je boek bespreken. Stuur je tien verzoeken? Ga er dan vanuit dat hooguit één ontvanger op je verzoek ingaat. 

Richt je niet alleen op de gevestigde orde

De belangrijkste roddeljournalisten van ons land waren altijd journalisten van een krant als De Telegraaf of een tijdschrift als Privé. Nu is de bekendste roddeljournalist een vlogger op een juicekanaal. Met andere woorden: richt je niet alleen op de gevestigde orde als je een boodschap wilt verspreiden. Een aardrijkskundeleraar uit Almere kan met zijn blog meer mensen bereiken dan een hoogleraar van een gerenommeerd onderzoeksinstituut. Zoek niet alleen mensen die verstand van zaken hebben, maar ook mensen met een groot bereik. 

Schakel je eigen netwerk in

Auteurs vergeten om de meest voor de hand liggende recensenten in te schakelen: de mensen in hun directe netwerk, zoals familie, vrienden, collega’s, vakgenoten, studiegenoten, studenten en buren. De collega die jij vorige week hebt geholpen met een lastige klus is waarschijnlijk eerder bereid om een positieve recensie te schrijven over je boek dan de journalist van het vaktijdschrift die nog een paar honderd ongelezen persberichten in zijn mailbox heeft zitten. 

Een aanbeveling is ook een recensie

Ik snap dat je droomt over een uitgebreide analyse van je boek door een expert die jouw kennis op waarde kan schatten. Voor de verkoop kan een laagdrempelige aanbeveling van een lezer op bol.com of managementboek.nl effectiever zijn: ‘Knap hoe zij dat allemaal beschrijft. Aanrader.’

Maak het persoonlijk

Omdat het gros van de mensen die je benadert geen professional is, is het extra belangrijk dat je informele omgangsvormen hanteert. Je kunt de redactie van een tijdschrift zorgeloos op een formele manier informeren over jouw boek: ‘Ik heb een boek geschreven over oogknipperen. Door ons toenemende schermgebruik knipperen we steeds minder, wat slecht is voor onze ogen.’ Ga niet slijmen bij een journalist, want dat werkt averechts, hij bepaalt graag zelf of hij geïnteresseerd is. Bij een niet-deskundige blogger moet je een andere aanpak kiezen: je zult hem of haar actiever moeten overtuigen. Leg extra goed uit waarom het interessant is voor hem en voor zijn publiek – en nog belangrijker: vraag of hij er aandacht aan wil besteden. Niemand geeft je morgen een cadeau als men niet weet dat je dan jarig bent. 

Geef het goede voorbeeld

Ga op zoek naar mensen die over je boek willen schrijven en spreken, maar vergeet niet om er zelf ook over te schrijven en te spreken. Schrijf blogs op LinkedIn, deel nieuwtjes via Instagram, plaats presentaties op YouTube en organiseer een gratis workshop. En vergeet niet om steeds een call to action toe te voegen: ‘Ik zou het geweldig vinden als je een recensie over mijn boek wilt schrijven. Ik ben benieuwd wat je ervan vindt.’ 

Doe het zelf

Het is niet geloofwaardig om recensies over je eigen boek te schrijven, maar er zijn wel mogelijkheden om recensies te organiseren. Een effectieve en makkelijke manier is crosspromotie: stel een schrijver in jouw vakgebied voor om een recensie te schrijven over elkaar boek. Wat ook goed werkt is om lezers van je nieuwsbrief of andere mensen waarvan je zeker weet dat ze tot je lezersgroep behoren te vragen of ze in ruil voor een gratis exemplaar een recensie willen schrijven. Krijg je echt geen recensie in de lucht, overweeg dan om een schrijver in te huren om een recensie te schrijven en publiceer deze bijvoorbeeld op je eigen website. 

‘Hoe kijk jij er tegenaan?’

Ben je bezig met de research van je nieuwe boek? Vergeet dan niet om andere mensen om advies te vragen. Het is moeilijk voor te stellen, maar vaak hebben andere mensen ook goede ideeën. 

Als ik spreek met uitgevers, drukkers, boekverkopers en andere vakgenoten weten zij tot mijn grote verbazing altijd dingen die ik niet weet, en verrassen ze me met originele visies. Dan kijk ik boos in de spiegel, en zeg dan tegen mezelf dat ik niet zo zelfgenoegzaam moet zijn. Al is het natuurlijk heel menselijk om te denken dat je het allemaal wel weet. Je raakt na verloop van tijd vertrouwd met je eigen gedachten en je kunt je amper voorstellen dat andere mensen anders denken. 

Openstaan voor de ervaringen en visies van anderen is altijd waardevol, maar dat is het zeker als je een boek gaat schrijven. Voor de broodnodige research is het de moeite waard om erover te gaan praten met vakgenoten die nieuwe feiten en visies kunnen delen. Ga ook met ervaringsdeskundigen praten. Als je een boek over leiderschap schrijft, is het goed om met leidinggevenden te praten. Hoe kijken zij aan tegen jouw visie? Wat zijn hun ervaringen als leidinggevende? Wat zijn hun angsten, frustraties en verwachtingen? Je zult versteld staan over hun inbreng. 

Laaghangend fruit

Toen ik nog werkte als journalist en me verdiepte in een nieuw onderwerp, ging ik altijd in twee fasen met deskundigen spreken. Voordat ik me ging inlezen in het onderwerp, sprak ik met enkele mensen die wel verstand hadden van zaken, maar niet tot de crème de la crème behoorden in hun vakgebied. Ik belde dan niet met een ervaren politicus of een hoogleraar, maar bijvoorbeeld met een junior onderzoeker van een wetenschappelijk instituut. Van hen probeerde ik een indruk te krijgen van wat er allemaal speelde. Pas als ik me zo een grof beeld had gevormd, ging ik me inlezen. En pas daarna ging ik praten met de echte experts en ervaringsdeskundigen. Ik werd serieus genomen omdat ik verstand van zaken had (of leek te hebben). Omdat ik de juiste vragen kon stellen, kreeg ik ook betere antwoorden. Ik denk dat deze werkwijze ook goed werkt als je een boek gaat schrijven. Begin met het plukken van het laaghangende fruit en klim daarna steeds hoger in de boom. 

Dommer dan je bent

Bereid je zo goed mogelijk voor op een gesprek. Bedenk interessante vragen. Zorg ervoor dat het vragen zijn die je gesprekspartner stimuleren om hun verhaal te vertellen. Je natuurlijke neiging is om bevestiging te zoeken van je eigen visie, maar daar heb je natuurlijk geen bal aan. De kunst is om nieuwe dingen te weten te komen. Dit betekent ook dat je vooral goed moet luisteren als je met mensen praat. Probeer geen wit voetje te halen met eigenwijze vragen en opmerkingen, doe je liever dommer voor dan je bent. De meeste mensen kunnen het erg waarderen dat je geïnteresseerd bent en de indruk wekt minder te weten, dat is voor hen een aansporing om je eens precies te vertellen hoe het zit – en dat is precies wat jij nodig hebt: nieuwe feiten, andere ideeën. 

Jij krijgt een boek, en jij krijgt een boek en jij krijgt een boek!

Een boek geschreven om jezelf op de kaart te zetten? Wees dan niet krenterig en deel het net als Oprah Winfrey gul uit. Dat levert meer op dan het kost.

Het dak ging eraf op 13 september in 2004 tijdens de Oprah Winfrey Show. Oprah gaf haar publiek traditiegetrouw een cadeau, en tot verbijstering van alle aanwezigen was het deze aflevering een auto. ‘You get a car, and you get a car, and you get a car,’ riep Oprah, amper hoorbaar door het gejuich van alle 276 gelukkigen. 

Oprah gaf wel vaker een cadeau tijdens een show in de 29 seizoenen dat ze op tv was, al was het meestal geen auto van 28.500 dollar (uiteraard betaald door de fabrikant). Het was veel vaker een vakantie, een handtas, een telefoon of een boek. Waarom gaf Oprah cadeaus? Waarom gaven de producenten deze cadeaus? 

Het antwoord ligt voor de hand. Het weggeven van cadeaus is ongebruikelijk en daarmee waren de weggeefacties originele publiekstrekkers. Voor sponsors was het een kans om producten te promoten. En de acties zorgden natuurlijk voor een positief imago voor Oprah en de sponsors. 

Sponsor blij, Oprah blij, publiek blij, televisiekijkers blij. Eigenlijk waren er alleen maar winnaars. En lieve lezer, ik heb goed nieuws voor jou: ook jij kunt een winnaar zijn door je eigen boek weg te geven!

Plakfactor

Als je een boek hebt geschreven om jezelf op de kaart te zetten, dan wil je dat je boek gezien en gelezen wordt. Dat kun je bereiken door te wachten op lezers die je boek spontaan in de boekwinkel kopen, maar je kunt het ook bevorderen door je boek actief weg te geven. Ik merk vaak dat auteurs daar heel zuinig mee zijn. Zonde.

Hoeveel je ook moet betalen voor je eigen boek, het is een koopje als je het kunt inzetten om je eigen reputatie te bevorderen als bijvoorbeeld trainer of consultant. Misschien kun je je eigen boek bij je uitgever inkopen met 35 procent auteurskorting, en betaal je bijvoorbeeld 20 euro voor een exemplaar. Misschien heb je je eigen boek zelf uitgegeven, en kost het maar een paar euro aan drukkosten. Maar hoeveel het ook is, het weggeven van een stapel boeken is veel goedkoper dan het produceren van een video, een advertentie in een magazine, een radiocommercial, een Google-Adscampagne of productplacement in een televisieprogramma. Geef je boek aan iedere potentiële klant. Stuur het naar prominente vakgenoten met een groot netwerk. 

Een boek is goedkoop, en effectief bovendien. Je presenteert jezelf met een inhoudelijke boodschap waardoor mensen direct weten wat je te bieden hebt en hoe goed je bent. Het is bovendien een cadeau dat mensen zelden tot nooit weggeven. Een radiocommercial, een sleutelhanger in een goodiebag, een doos bonbons: het is allemaal veel vluchtiger dan het boek dat niemand durft weg te gooien. Zelfs als het niet wordt gelezen, blijft het vaak jarenlang op een tafel liggen of in een kast staan. Een boek is een cadeau met een hoge plakfactor, en dat alles voor hooguit een paar tientjes. 

Daarom, geef je boek weg. Jij krijgt een boek, en jij krijgt een boek en jij krijgt een boek!

Mag het ietsje minder zijn?

Een gemiddeld non-fictieboek telt al vlug veertigduizend woorden. Van mij mag het wel wat minder. 

Op sommige lagere scholen staan nog altijd bakken vol kleine dunne boekjes. Ze gaan over de vulkaan, de brandweer of de Olympische Spelen. Er staat amper tekst in zo’n boekje, maar als je het hebt gelezen, weet je de belangrijkste dingen over de vulkaan: wat is een vulkaan eigenlijk? Hoe ontstaat zo’n vuurspuwende berg? Waarom wonen mensen bij een vulkaan als het gevaarlijk is? Inclusief het bekijken van de illustraties kun je zo’n boekje binnen vijf minuten lezen. Waarom worden zulke handige kleine boekjes niet voor volwassenen geschreven? 

Wij mensen zijn gek op meer. We willen meer eten, grotere auto’s, snellere telefoons en dikkere boeken. Er zijn natuurlijk evolutionaire verklaringen voor deze behoefte, maar de evolutieleer schrijft ook voor dat er vanzelf verandering plaatvindt als die maar voldoende voordelen biedt. In het geval van boeken ligt het voordeel van het beperken van de omvang volgens mij voor de hand, zowel voor de lezer als voor de auteur. 

Wat staat er veel in!

Enkele jaren geleden begonnen we met het uitgeven van de 60-minutenserie. Beknopte boekjes over online trends en tools waarin de auteurs in gemiddeld 16.000 woorden een onderwerp beschrijven. Zeker in het begin kregen we soms de volgende reactie: ‘Ik schrok toen ik het boekje ontving, want het was veel kleiner dan ik had verwacht. Maar wat staat er veel in!’ Ik ben ervan overtuigd dat je de lezer een groot plezier doet met dunnere boeken. De lezer is nieuwsgierig maar hij heeft weinig tijd. Hij leest met alle plezier een dikke thriller tijdens zijn vakantie, maar op een doordeweekse avond heeft hij na de vergadering van de tennisclub echt geen energie voor het lezen van een boek van 320 pagina’s over een nieuwe managementmethode. 

Ook voor de auteur zouden dunnere boeken een zegen zijn. Het schrijven van een dun boek kost minder tijd, en de tijd die je over hebt, kun je besteden aan de kwaliteit van het boek, zowel van de inhoud als de stijl. Een van de aantrekkelijkste boekjes waar ik de afgelopen jaren bij betrokken ben geweest is Schuldgevoel, een knaagdier van filosoof Harald van Veghel. Het is alleen verkrijgbaar via zijn eigen website stroomlandcoaching.nl. Koop dat boek, het is een prachtig essay waarin hij precies genoeg woorden gebruikt om zijn verhaal te vertellen. Een ander had de slagroom opgeklopt tot hij zuur was als karnemelk, maar Harald hield zich in.

Manuscriptjes

Ik vind het een aanrader, dunne boekjes. Ik hoop stiekem op een revival van het essay, de novelle, het korte verhaal, het blog, het pamflet. Ik ben een uitgever, dus ik weet niet of het verkoopt, maar ik ben enthousiast over de vorm. Kom maar op met die manuscriptjes.